
Soms zijn er hoorzittingen in het Brussels Parlement die een nacht nodig hebben om te bezinken. De hoorzitting tijdens de commissie Binnenlandse Zaken van het Brussels Parlement met drugscommissaris Ine Van Wymersch en Brussels procureur Julien Moinil was er zo eentje. Tijdens deze hoorzitting kwamen niet alleen de jarenlange uitdagingen die de Brusselse politie en justitie treffen aan bod. Beide geëngageerde magistraten hebben toegelicht welke bijkomende maatregelen er op alle niveaus dringend nodig zijn om de drugscriminaliteit in te dammen en de veiligheid in Brussel te garanderen.
In deze crisis moet iedereen zich afvragen: wat kunnen wij zelf doen? Daarom focus ik hier op wat de drugscommissaris en de procureur adviseren aan het Brussels Gewest en de 19 gemeenten.
De drugsproblematiek is een realiteit die het Brussels Gewest en zijn gemeenten dagelijks treft. Geweld, overlast en criminaliteit zijn slechts het zichtbare topje van de ijsberg. De werkelijke machtsstructuren achter de drugseconomie bevinden zich diep onder de oppervlakte: witwaspraktijken, vastgoedfraude en de infiltratie van de legale economie door criminele netwerken. Dit vereist een doordachte en gestructureerde aanpak waarin alle overheidsniveaus hun verantwoordelijkheid nemen.
Hotspots aanpakken: een gerichte strategie
Het Brussels gewest heeft 17 hotspots geïdentificeerd waar drugscriminaliteit zich concentreert. Dit is een stap vooruit, maar we moeten vermijden dat het probleem gewoon verschuift naar andere wijken. Daarom moeten we onze aanpak blijven verfijnen.
Wat kan er beter?
Sterkere samenwerking met lokale besturen om de specifieke noden van elke wijk beter in kaart te brengen en aan te pakken.
Gebruik van data en analyses om hotspots preciezer te identificeren en gerichter in te grijpen.
Een bredere aanpak met politiezones en justitie maar ook met stadswachten, gemeentepersoneel, scholen en buurtwerk, zodat alle bevoegde instanties structureel samenwerken.
10 maatregelen voor het gewest en het lokaal niveau als verdedigingslinie tegen de drugsmaffia
1. Bestuurlijke handhaving: proactieve aanpak in plaats van reactieve nalatigheid
Lokale besturen moeten de mogelijkheden van bestuurlijke handhaving zoals GAS-boetes en onmiddellijke minnelijke schikkingen ten volle benutten. In plaats van zich te laten blokkeren door juridische onzekerheden, kunnen ze samen met parket en politiezones en sectoren prioritair aanpakken. SafeBrussels moet een expertisecentrum worden, vergelijkbaar met ARIEC in Antwerpen, dat lokale besturen ondersteunt bij een effectieve aanpak van drugsgerelateerde overlast.
2. Strenger vergunningenbeleid en meer controles op gokkantoren en verdachte vennootschappen
Lokale besturen moeten hun vergunningenbeleid strategischer inzetten. Niet blindelings vergunningen goedkeuren, maar duidelijke keuzes maken over het aantal nachtwinkels, kapperszaken of gokkantoren in een wijk. Het gewest kan gemeenten beter juridisch ondersteunen, zodat vrees voor vernietiging van de vergunning door de Raad van State geen excuus meer is om niet in te grijpen.
Gokkantoren en vennootschappen worden vaak gebruikt voor witwaspraktijken. Gemeenten kunnen hier steviger tegen optreden door:
Systematische controle van vennootschappen op verdachte transacties.
Striktere aanpak van domiciliefraude.
Nauwere samenwerking met regionale inspectiediensten om slaapvennootschappen op te sporen en te schrappen.
3. Publiek-private samenwerking: private veiligheidsinitiatieven beter benutten
Er is een gebrek aan coördinatie tussen de verschillende samenlevings- en veiligheidsdiensten, waaronder stadswachten, wijkwerkers en private bewakingsdiensten. Lokale besturen kunnen een bestuurlijke "gold command" instellen: een centraal gecoördineerde aanpak waarin alle actoren efficiënt samenwerken.
4. Actief afpakken van crimineel geld en luxe-uitgaven zonder legaal inkomen
Er gaan tientallen miljoenen euro's om in het drugsmilieu. Crimineel geld moet niet alleen in beslag genomen worden, maar ook terugvloeien naar de samenleving. Crimineel geld moet sneller en efficiënter afgepakt worden. Gemeenten kunnen hun burgemeestersbevoegdheden ten volle inzetten om beslag te leggen op verdachte bezittingen, zoals al succesvol gebeurt in steden als Genk en Mechelen. Het gewest moet lokale besturen ondersteunen met juridische en administratieve middelen.
5. Jongeren begeleiden, niet alleen arresteren
Wanneer jongeren opgepakt worden, moeten ze meteen worden doorverwezen naar een taskforce die hen begeleidt naar sportclubs, jeugdorganisaties en andere structurele hulp, al dan niet met een buddywerking. Dit vergt een nauwere samenwerking tussen lokale overheden, scholen en jeugdinstellingen.
6. Politiek van de "broken window": directe aanpak van verloedering
Criminaliteit gedijt in verloederde buurten. Gemeenten kunnen een mobiele ploeg opzetten die snel herstellingen uitvoert in de openbare ruimte. Daarnaast moeten ze inzetten op een meldpunt waar burgers anoniem verdachte situaties kunnen rapporteren. De overheid moet meer investeren in het keurig onderhoud van de publieke ruimte.
7. Strengere controle op drugs in het verkeer
Het huidige beleid is te vrijblijvend. Drugstesten bij verkeerscontroles moeten systematisch worden uitgevoerd, net zoals alcoholtests. Dit vergt niet alleen een beleidswijziging, maar ook een praktische organisatie op het terrein.
8. Criminele investeringen in Brussel een halt toeroepen
Criminele organisaties kopen massaal vastgoed op en gebruiken het voor witwaspraktijken. Het gewest en de gemeenten moeten actiever inzetten op:
Het administratief en gerechtelijk verzegelen van verdachte panden.
Strengere fiscale en financiële controles.
Actieve sluiting van panden zonder verklaarde inkomsten.
9. Onmiddellijke boetes voor drugsgebruikers
Drugsgebruik in de publieke ruimte moet consequent beboet worden. Dit is geen louter repressieve maatregel, maar een manier om normalisering van drugsgebruik tegen te gaan en gebruikers op hun verantwoordelijkheid te wijzen. Uiteraard moet dit vergezeld gaan met het investeren in preventie, begeleiding en behandeling van mensen met een verslavingsproblematiek.
10. Jeugdzorg versterken: criminaliteit voorkomen bij de volgende generatie
Vandaag zijn er 400 jongeren in Brussel die als "in gevaar" geklasseerd staan, maar er is onvoldoende opvang. Dit leidt ertoe dat jongeren zonder begeleiding terechtkomen in criminele netwerken. De Brusselse overheden moeten samen met de Gemeenschappen en de federale instanties investeren in structurele opvang en begeleiding.
De lange termijn: onderwijs en toekomstperspectief
Een echte oplossing in de strijd tegen drugscriminaliteit is de voedingsbodem wegnemen. Dat begint bij jongeren kansen geven. Preventie is even belangrijk als repressie. De structurele oorzaken zoals de schrijnende armoede en het gebrek aan betaalbare en kwalitatieve huisvesting moeten aangepakt worden. Brussel moet volop inzetten op onderwijs, werkgelegenheid en sociale cohesie:
Meer ondersteuning voor scholen in kwetsbare wijken, zodat jongeren betere begeleiding krijgen en minder snel afhaken.
Gerichte opleidingen en werktrajecten, zodat jongeren een toekomst hebben buiten de criminaliteit.
Sterkere buurtwerking, met investeringen in jeugdhuizen en sportclubs om jongeren weg te houden van criminele milieus.
Door structureel te investeren in kansen en perspectieven, bouwen we aan een stad waarin minder jongeren in de handen van drugsbendes belanden. Daarbij is vroegdetectie essentieel: jeugdwerkers en scholen spelen belangrijke rol om voortijdig signalen van drugsgebruik en/of beginnende criminaliteit op te pikken.
Niet wachten maar handelen: NU verantwoordelijkheid nemen op elk niveau
Ine Van Wymersch wees erop dat er vaak gewacht wordt op een dwingend kader voordat men actie onderneemt. Dat is geen optie meer. Lokale besturen en het gewest moeten nú handelen.
De tijd van naar elkaar wijzen is voorbij. Elk beleidsniveau – gewestelijk én lokaal – moet zijn verantwoordelijkheid nemen. De criminaliteit heeft zich aangepast, nu is het aan de overheid om hetzelfde te doen.
Het beeld van de ijsberg van drugscommissaris Van Wymersch en de concrete actiepunten van procureur Moinil tonen aan dat we niet enkel op politie en justitie mogen rekenen. We moeten een bredere aanpak hanteren waarin handhaving, preventie en samenwerking centraal staan. Dit is geen kwestie van partijpolitiek, maar van gezonde en veilige wijken voor alle Brusselaars.
Het Brussels Gewest en de Brusselse gemeenten kunnen en moeten een voortrekkersrol spelen. De vraag is niet wat anderen moeten doen, maar wat wij zelf kunnen doen.
Comments