top of page
Zoeken

De strijd tegen armoede gaat verder

Het werk van een minister van Armoedebestrijding zal nooit af zijn. Deze strijd moet blijvend gevoerd worden. Ook in 2024 zet ik me daar maximaal voor in. Ik verwacht het komende jaar veel van onze initiatieven om kinderarmoede te bestrijden en om beter cijfermateriaal rond armoede in al zijn facetten te verkrijgen.





Het zijn economisch onzekere tijden, en mensen in armoede zijn daar het eerste slachtoffer van. Bij deze mensen komen de sterk gestegen energieprijzen en de hoge inflatie het zwaarst aan. De rekening in de supermarkt voelen zij aan het einde van de maand dubbel zo hard.


De OCMW’s zagen het aantal hulpvragen toenemen, wat erop wijst dat het water bij steeds meer mensen aan de lippen komt. Nochtans geven de armoedecijfers soms een ander beeld. Daarom maak ik in 2024 van wetenschappelijke kennis een topprioriteit. We hebben namelijk actuelere cijfergegevens nodig om beter beleid te voeren voor mensen in armoede, en om de impact van de bestaande maatregelen beter te kunnen meten.


Kinderarmoede aanpakken


Daarnaast onderneem ik ook het komende jaar belangrijke acties in de strijd tegen armoede. Vooral het aanpakken van kinderarmoede vraagt extra investeringen. Daarom lanceerden we in 2023 de projectoproep lokale bondgenotennetwerk. In de loop van het komende jaar rollen we deze ambitieuze projecten uit. Deze bondgenotennetwerken stemmen het bestaand aanbod beter af, maken dit beter bekend en realiseren snelle en warme toeleiding. Waar nodig organiseren ze bijkomende ondersteuning die tegemoet komt aan de noden en bieden ze ook concrete hulp aan kinderen en gezinnen.


Ook de situatie in Brussel vraagt extra aandacht. In grootsteden als Brussel is er immers nood aan een specifieke aanpak voor de specifieke uitdagingen waarmee ze kampen. Dat kan ik als minister van Armoedebestrijding niet alleen binnen de grenzen van mijn eigen bevoegdheidsdomein doen. Daarom kijk ik er bij projecten van deze regering voor heel Vlaanderen nauwlettend op toe dat Brussel niet over het hoofd gezien wordt, en dat die specifieke aanpak waar nodig voorzien wordt.


Participatie


Een ander en zeer belangrijk speerpunt voor mij is participatie: mensen in armoede moeten kunnen deelnemen aan de samenleving én aan het beleid. Hun stem is van onschatbare waarde en uiterst relevant. Met de recente uitbreiding van het aantal erkende en gesubsidieerde Verenigingen waar armen het woord nemen en met de verhoging van de werkingsmiddelen voor deze verenigingen, erken ik volop hun rol en belang.


In 2024 gaat tot slot ook het Vlaams Actieplan Armoedebestrijding zijn laatste jaar in. Naast de eigen initiatieven zullen ook mijn collega-ministers de nodige acties ondernemen om direct of indirect mensen uit armoede te leiden.


 

Lees hier de volledige beleids- en begrotingstoelichting voor Armoedebestrijding in 2024:



Comentarios


bottom of page